Maar je houdt toch van je werk?
Voor mijn werk was ik een dagje op pad in Amsterdam. De dag begon met een online meeting in een koffietentje. Daarna volgde bezoeken aan twee tentoonstellingen met een rondleiding door een curator en een nabespreking met mijn directe collega’s en collega’s van de instellingen waar we op bezoek waren.
Had mij vijf jaar geleden deze dag voorgelegd als werkdag en ik had je met grote, gretige ogen aangekeken. Begrijp me niet verkeerd, nog steeds knijp ik mezelf dat ik dat soort activiteiten mag opschrijven als gewerkte uren. Maar wat ik me toen niet besefte is hoe anders zo’n dag is in de wetenschap dat je ‘aan het werk bent’. Je representeert je werkgever, bent druk bezig inspiratie en nuttige informatie op te slaan en de juiste gesprekken aan te gaan.
Aan het einde van de dag voelde het zeker alsof ik een dag gewerkt had. Terwijl ik op een ander moment een vrije dag zou kunnen benutten om meerdere tentoonstellingen te bezoeken om met een heel ander gevoel de dag af te sluiten.
Dit was trouwens maar een dag in een volle werkweek. De andere dagen was ik gewoon op kantoor en waren er ook dingen te doen zoals budgetcontroles, planningen en projectplannen.
Mijn vijf jaar jongere zelf ging nog iets te veel uit van het principe in deze bekende uitspraak van Mark Twain:
“Find a job you enjoy doing, and you will never have to work a day in your life.”
Deze uitspraak kennen we allemaal wel toch? Misschien heeft dit idee jouw loopbaan-keuzes ook wel in zekere mate gemotiveerd. Want wie wil nu niet van zijn hobby zijn werk maken? Maar zoals vele one-liners mist deze uitspraak een hele hoop nuance. Alle werk heeft zijn minder glanzende kanten, iedereen moet tenslotte zijn administratie doen, werving, netwerken, opruimen of een ander noodzakelijk kwaad.
Daarnaast blijft werk werk, ook op dagen dat je er geen zin in hebt of er niet zoveel plezier uit haalt wordt er van je verwacht dat je presteert. En als je veel pech hebt kan datgene waar je plezier uit haalde in je vrije tijd je zomaar tegen gaan staan wanneer je het voor werk moet doen.
En wat gebeurt er wanneer je wat je voor werk doet ook je liefste vrijetijdsbesteding is? Ben je dan inderdaad nooit meer aan het werk of ben je eigenlijk altijd aan het werk?
Iedereen heeft balans nodig tussen werk en privé. Wanneer de twee lastig van elkaar te onderscheiden zijn wordt het vinden van die balans een stuk moeilijker.
Los van dit alles lijkt het soms of werk dat je met plezier doet minder geld waard is dan werk dat met tegenzin wordt verzet. Veel creatieve werkenden zullen dit gevoel herkennen. Voor banen in een domein dat vaak met hobby’s wordt geassocieerd (hallo cultuursector) liggen salarissen snel een stuk lager dan van accountants, consultants of advocaten.
En in zekere zin is dat niet gek, blijkbaar zijn veel mensen bereid salaris in te leveren voor werkplezier.
Maar het maakt het soms erg warrig om de grenzen te bepalen en aan te geven. Om niet toch stiekem aan het werk te zijn wanneer je in je vrije tijd ook met cultuur bezig bent. Of om geld te vragen voor iets wat je voor werk doet maar wat je misschien ook zelf in je vrije tijd zou hebben gedaan.
Hoe ga jij hiermee om? Leg het onder de loep met Night Shift op 23 november.